Al de hele dag vallen er regelmatig buien. Soms licht, soms vrij heftig. Om 18.00u hebben wij een excursie van Ravon in Nieuw Beijerland. Ondanks we niet bang zijn voor een beetje water hopen we dat het mee valt met de regen.
We zijn, zoals gebruikelijk, als eerste aanwezig op de locatie. Na niet al te lange tijd komt er een busje van Ravon / Floron aanrijden. Een medewerker van Ravon legt uit dat gedurende meerdere jaren Ravon in samenwerking met Rijkswaterstaat en andere organisaties onderzoek doet naar jonge vis in de ondiepe oevers van de delta. Dit is nodig om een beter beeld te krijgen van de functie van de delta als kraamkamer. Dit is naar aanleiding van het Kierbesluit. Sinds 2019 gaat de Haringvlietsluis af en toe op een kier om diadrome (migrerende) vissen binnen te laten. Er lopen diverse onderzoeken om de verandering in het zoutgehalte en de samenstelling van vissoorten te monitoren. Doel is om de biodiversiteit in de delta te verhogen.
We trekken onze waadpakken aan en voor de zekerheid krijgen we ook een drijfvest aan. Een voordeel is dat deze vesten ook voor extra warmte zorgen. Langzaam lopen een paar mensen met de zegen het water in, langs de rietkraag en dan in een U vorm naar het iets diepere gedeelte toe. Daarna wordt de broedzegen langzaam voortgetrokken. Na enkele tientallen meters wordt het net de kant op getrokken. De vissen gaan in een ton met water. Het zijn er behoorlijk veel!
Juist omdat het er zoveel zijn moet er snel te werk worden gegaan. Je wilt de vissen zo snel mogelijk weer het water in. Voor de zekerheid wordt er een zuurstof pompje in de ton gehangen. Met een zeer hoge snelheid worden meerdere vissen op de meetplank gelegd, gedetermineerd, gemeten, geteld en in het water geschoven. Aangezien ik met mijn voeten in het water sta schieten de vissen om mijn voeten weg.
Het meerendeel van de vissen bestaat uit windes. Behalve windes zitten er blankvoorns, roofbleien, snepen, baarsjes, zwartbekgrondels en kaukasische dwerggrondels tussen. Alles wordt nauwkeurig genoteerd. Medewerkers en stagiaires van Ravon meten de stroming, doorzicht, zoutgehalte en beschrijven de bodem en vegetatie.
Na deze trek, herhalen we dit nog 3 keer. De laatste twee trekken in het donker. Daar sta ik dan, in het donker, in het water langs een rietkraag. Ik kijk uit over de rivier en het grasland erachter. Om ons heen zijn continu weerlichten zichtbaar, maar tot nu toe hebben we het droog gehouden. In het donker vangen we nog meer vissen en er zitten nu ook andere soorten tussen zoals aal en pos. Bij de laatste trek hoeven de vissen niet meer allemaal gemeten te worden, maar worden grofweg geteld. Alleen wat grotere exemplaren of bijzondere soorten worden gemeten. Daardoor kunnen de vissen weer snel het water in.
We helpen met het opruimen van de spullen. Het was een leerzame ervaring.